“Ik wil een goede vader zijn voor mijn dochtertje."
Freek staat met zijn rug tegen de muur als hij het huis uitvlucht. In blinde woede heeft hij zijn vrouw aangevallen en klem gezet. Bijna geslagen, zijn vuisten al klaar. Het gesar werd hem teveel. Maar dit is absoluut niet wat hij wil. Niet voor zijn dochter, niet voor zijn vrouw, niet voor hemzelf. “Zo wil ik mijzelf niet zien.” Hij vindt onderdak bij zijn tante. De escalatie zorgt ervoor dat hij zelf contact zoekt met Molendrift. Hij heeft een duidelijke vraag en is vastbesloten. “Ik wil een goede vader zijn voor mijn dochtertje. Daarom moet ik anders leren reageren, mijn frustraties onder controle houden. Ook als iemand het bloed onder mijn nagels vandaan haalt, wil ik rustig blijven, mijn woede controleren.”
Mieke Veldink geeft hem de ruimte en blijkt de ideale, nuchtere therapeut. “Zij staat met beide benen op de grond. Ik kon mijn verhaal doen en heb mijn frustraties uitgepuzzeld. Ik kan een ander niet veranderen, dus kijk ik naar mijn eigen gedrag. Wat kan ik zelf doen.” Freek is een ander mens geworden. “Zachter en positiever”, zegt zijn huidige vriendin. Zij wonen inmiddels samen en Naomi, zijn dochter, woont nu bij hen. Freek heeft zichzelf overwonnen, lees maar hoe:
Op mijn eigen manier
Freek meldt zich bij Mieke Veldink van Molendrift en laat meteen merken wat hij wil én waar hij niet op zit te wachten. “Ik had geen behoefte aan iemand, die mij de les wil lezen. Die mij wel even zou vertellen wat ik wel en niet moet doen. Ik wou mijn verhaal kwijt. Dat als eerste. En ik wou erachter komen waarom ik de dingen doe, zoals ik ze doe. Iemand die inzicht geeft, en mij leert hoe het anders kan, maar dan op mijn eigen manier.” Ondanks zijn wantrouwen is er meteen een klik.
“Mieke luisterde en liet me mijn verhaal doen, zonder oordeel. Zo simpel is het.”
Plotseling vader
Freek is opgegroeid zonder vader, een moeder in de bijstand. “Veel armoede en jezelf weten te redden. Een jeugd op straat en daar is het vooral overleven. Ik heb alles wel meegemaakt, drank, drugs, criminaliteit. Geen milieu waarin je je gevoelens laat zien. Dan ben je weg.“ Via politie was er contact met het maatschappelijk werk. Bij Freek wordt ADHD geconstateerd en hij krijgt medicijnen voorgeschreven. “Ritalin, ook wel andere middelen; niet dat dat veel hielp. Ik leefde bij de dag. Ook nog toen ik mijn ex tegenkwam, de moeder van mijn dochtertje.” De relatie loopt al snel spaak en ze besluiten uit elkaar te gaan. “En toen bleek uit een test dat ze 29 weken zwanger was. Dat zette mijn wereld op zijn kop.”
Werken om niks te voelen
Freek werkt hard. Er moet geld binnenkomen. Weken van 70, 80 uur zijn heel normaal. Thuis wordt er niet gesproken. Thuis zijn er eigenlijk alleen maar ruzies. “Mijn vriendin heeft borderline. Het ene moment ben je alles, de liefste pappa van de wereld. Het andere moment ben je niks, een voetveeg. Dan scheldt ze je de huid vol. Lag ik in bed, want de volgende dag moest ik vroeg op; hield ze mij de hele nacht wakker. En maar zuigen en sarren. Ruzies dus, altijd als we samen waren. Wat moest ik doen?” De bom barst als Freek, in weer een ruzie, zijn vrouw aanvliegt en klem zet tegen de muur. Freek vlucht het huis uit en laat zijn dochter achter. Een keerpunt.
ADHD
Freek: “Ik heb een opvliegend karakter, ADHD, dat weet ik van mijzelf. Maar dat mag geen excuus zijn. Je kan je frustraties niet afreageren op een ander.” Mieke en Freek zijn het snel eens. Als Freek met iets zit belt hij op en maken ze een afspraak voor een gesprek. Freek legt zijn probleem voor en samen pluizen ze de situatie uit. Wat gebeurt er precies, op welk moment? Waardoor raak je geïrriteerd? Wat zijn de signalen, waardoor je kwaad wordt, vóórdat je ontploft? Wat had je anders kunnen doen? Freek belt gemiddeld een keer in de maand. Vaak gaat het over het contact met zijn ex-vrouw. “Mijn ex is onberekenbaar. Ze komt afspraken niet na en daagt mij uit.”
“Maar ik wil mij niet meer uit de tent laten lokken. Ik wil rustig kunnen nadenken.”
“Wat is het beste? Ook voor Naomi, mijn dochtertje. De conclusie is eigenlijk, dat mijn ex niet gaat veranderen. Ook door haar borderline. Het is te moeilijk voor haar of ze is er niet aan toe. Daar ga ik niet over, daar heb ik geen controle op.” Freek leert afstand te nemen, al is dat moeilijk en maakt hij zich zorgen over zijn dochter. “Ik heb geleerd te relativeren. Een lang proces van loslaten. Als mijn ex uit haar dak gaat, dan blijf ik kalm; het raakt mij niet meer. Het is haar probleem, ik betrek het niet meer op mijzelf.”
Aandacht voor elkaar
Freek krijgt een nieuwe vriendin, Sabien en ook dat verandert zijn leven. Sabien: “Natuurlijk houd ik van de stoere kant van Freek, maar er is meer. Je leeft met elkaar om dingen te delen. Ik wil contact voelen. Zoals het moment dat Naomi voor het eerst op de fiets zat. Ik was enorm blij en stond te juichen. Aan Freek was niets te zien. Dat vond ik gek. Ik zei, hé, ben je niet blij? Dit is toch een bijzonder moment. Dit maak je maar een keer mee.”
Freek verandert. Hij beseft dat het leven niet alleen om hem draait. “Het gaat om aandacht. Als Sabien iets vertelt dan is dat belangrijk. Dan is het tijd om te gaan zitten en even echt te luisteren. Dat is prettig, ook voor mijzelf. Het geeft rust in mijn kop. Door samen dingen te bespreken, ook de emotionele dingen, krijg ik mijn prioriteiten weer helder. Wat doet er echt toe in ons leven?” Sabien gaat een aantal keren mee naar Mieke. Het helpt Freek en het helpt hen verder in de relatie.
Dochter weer thuis
Sinds een jaar woont Naomi bij Freek en Sabien. Ze hebben de volledige zorg voor de opvoeding; als besloten door de rechter. De moeder van Naomi, de ex van Freek, heeft zich daarbij neergelegd. Niet dat het verhaal als een sprookje eindigt. Freek: “Natuurlijk is de moeder nog dezelfde moeder en zijn er regelmatig conflicten in de omgang. Maar ik ben niet meer dezelfde Freek. Ik heb er alles voor over om Naomi te geven wat ze nodig heeft. Ik haal en breng haar naar haar moeder. Als zij vreemde eisen stelt, bijvoorbeeld dat Naomi niet mag bellen als zij bij haar moeder is, dan maak ik daar geen strijd van. Dat helpt niet, dat weet ik nu. Ik relativeer het en vertrouw er op dat het later goed komt.
De therapie bij Mieke heeft mij geleerd dat ik altijd een keus heb, dat er in elke situatie meer opties zijn om te reageren. Ik heb greep gekregen op mijn agressie, mijn impulsen. Ik heb mijn doel bereikt. Ik leef niet meer bij de dag. Wij maken plannen, wij hebben een toekomst. Sabien: “En je bent een stuk positiever geworden. Je geniet meer. “ Freek lacht breeduit en knikt. Hij snapt het compliment.