Navigatie overslaan

“Ik voelde mij vies en minderwaardig; een snotdoek, waar je je vuiligheid mee afveegt.”

Samantha, 37 jaar.

Samantha stort in als ze opnieuw een relatie krijgt. Alle herinneringen aan de verkrachting komen weer terug. Ze valt in een bodemloze put. “Ik voelde mij vies en minderwaardig; een snotdoek, waar je je vuiligheid mee afveegt. Ik kon niet geloven dat er iemand was, die van mij kon houden.” Samantha is op dat moment al in behandeling bij Molendrift. Door haar ADHD heeft ze moeite met alle dagelijkse beslommeringen. Van het huishouden, de financiën tot de opvoeding van haar puberende kinderen. Dat gaat met vallen en opstaan steeds beter, tot het verleden haar inhaalt.

Twee jaar later heeft Samantha de crisis overwonnen. Met EMDR is het haar gelukt de impact van de verkrachting te verminderen. Ze is zelf weer in controle. Een keer in de maand komt ze nog bij Marjolein Siemons, haar behandelaar bij Molendrift. “Ik volg daar de COMET-training om aan mijn zelfbeeld te werken.” De pillen tegen de ADHD, jarenlang geslikt, heeft ze afgezworen. En Peter, haar nieuwe vriend, staat nog steeds trouw aan haar zijde. Stiekem zijn er al trouwplannen. “Samantha, je bent weer helemaal terug”, zei een collega op haar werk vorige week. Groter compliment kun je Samantha niet geven. “Dit ben ik”, zegt ze, “een chaotische flapuit met alles erop en eraan. Met Peter erbij, red ik het wel.” Lees maar:

Weggestuurd

Samantha heeft twee jongens, één met pdd-nos en één met Asperger. Een opvoeding die om de nodige vaardigheden vraagt. Geen gemakkelijke opgave voor iemand met ADHD. Samantha krijgt thuis dan ook begeleiding vanuit Martinizorg. Medicijnen dempen de impulsieve gedachtestroom in haar hoofd, maar Samantha voelt zich er niet prettig bij. “De eerste dag denk je, ha fijn; de mist in mijn hoofd is weg. Dan wordt het langzaam normaal hoe je je voelt en merk ik vooral dat de buitenwereld niet meer binnenkomt. Je slaapt slecht en je hebt continu een droge mond. Als het dan goed gaat, denk ik, weg met die pillen.”

Telkens als ze haar klachten bij de psychiater aangeeft, wordt de doses veranderd of worden er andere pillen voorgeschreven. Zonder succes. Ze zoekt daarom hulp bij een andere GGZ-instelling. Maar als ze daar een afspraak voor de derde keer niet nakomt, wordt haar de toegang tot de behandeling ontzegd. Samantha: “Zo ben ik bij Marjolein van Molendrift beland. Ik was daar met Erik, mijn zoon, die bij haar in behandeling was. Moest ik opeens mijn eigen verhaal kwijt.” Marjolein hoort Samantha aan en besluit haar door te verwijzen naar Brenda Waggeveld toen als GGZ-arts verbonden aan Molendrift. Samantha krijgt nieuwe medicatie voorgeschreven en gaat bij Marjolein in behandeling. Met pillen alleen verander je weinig. Molendrift gelooft dat je zelf de touwtjes van je eigen leven weer in handen moet krijgen. Wat wil jij? En wat heb je daarvoor nodig?

Ogen en oren

Samantha neemt Willy mee naar de behandeling. Willy is sinds kort haar thuishulp vanuit Martinizorg. Samantha: “Willy is mijn ogen en oren. Ik heb haar nodig om overzicht te houden. Zonder haar verlies ik mij in alle dingen die ik doe. Dat gaat heel ver. Als ik mijn kast moet opruimen, ligt binnen de kortste keren alles uit de kast, op de bank en begin ik al aan een volgende kast. Dat schiet niet op. Als mijn zoon een spreekbeurt moet houden over panda’s, verzamel ik alles wat ik kan vinden over panda’s en ben ik nog steeds bezig met verzamelen als hij zegt: “mam, die spreekbeurt is al lang geweest.” Heb ik zin om pannenkoeken te bakken, dan vliegt het beslag tot aan het plafond. Ik gooi me ergens in, maar kan geen maat houden.” 

Samen met Marjolein maken ze afspraken, die worden vastgelegd in Samen1Plan. Willy ziet toe dat de afspraken ook worden nagekomen. Stap voor stap, de belangrijke dingen het eerst. Samantha: “Dan ben ik vrolijk aan de afwas en dan zegt Willy, had je al gekeken of er nog gebruikte koppen rondslingeren in de huiskamer?”

Moederrol

Samantha is graag kind met haar kinderen. Spontaan, open en hartelijk. Ongemerkt zijn haar kinderen daardoor ook een beetje ouders met de ouder. Daar wil Samantha ook wat aan doen. “Ik besprak mijn geldzorgen gewoon met Bram, mijn oudste zoon. En dan kreeg ik een uitbrander van hem. Dat ik dat allemaal niet goed aanpakte. Ik had helemaal niet door dat dat niet okay was. Niet voor mij, maar ook niet voor hem. Kinderen hebben behoefte aan een moeder, je hoeft geen vriendinnen met hen te zijn. Sinds Frenk weg is, door de scheiding, is Bram een beetje de vader geworden thuis. Dat wil ik veranderen. 

“Hij moet gewoon lekker het kind kunnen blijven, dat hij is.” 

Samantha leert haar grenzen te bewaken.

Crisis

Alles gaat goed. Met vallen en opstaan neemt Samantha haar verantwoordelijkheid. De rust en gezelligheid keren terug in huis. Totdat Samantha verliefd wordt. “Peter leerde ik kennen via mijn vrijwilligerswerk bij Humanitas. Wat een mooie, grote man, dacht ik meteen de eerste keer dat ik hem zag, die heeft vast al iemand. Maar nee, hij was vrij en het klikte. Al moest ik het wel ongeveer uitspellen, voordat hij doorhad dat ik verliefd was.” De relatie start vrolijk en harmonisch, maar trekt ook een spook uit het verleden uit de kast. Samantha: “Als kind ben ik verkracht, op een gruwelijke manier. Een herinnering die ik altijd heb weggedrukt. Je weet het, maar je denkt er niet aan. Je wilt er niet aan denken. Met Peter kwamen die herinneringen terug. In alle hevigheid. 

Ik viel in een diepe put, de diepste put die je maar kan denken. Ik wou er niet meer zijn. Ik was zeker dat ik die liefde niet waard was.” Peter praat uren met Samantha, maar kan haar niet bereiken. Samantha zit op slot. Ze ligt op bed en wil alleen nog maar dood. Peter belt Willy, die op haar beurt de crisisdienst waarschuwt. Er is geen plek bij de crisisopvang, maar Samantha kan in dagbehandeling, op voorwaarde dat Peter en Willy de opvang thuis waarnemen. Er volgen een aantal zware weken, waarin de gitzwarte wolken in Samantha’s hoofd langzaam, heel langzaam oplossen. Samantha overwint de depressie.

EMDR bij traumaverwerking

Marjolein, Willy en de psychiater van de crisisdienst houden nauw contact. Als het de goede kant opgaat neemt Samantha weer contact op met Marjolein. Samantha wil het spook uit haar verleden verjagen. “Elke keer als ik een relatie aanga, zal ik er mee geconfronteerd worden. De vernedering, de pijn; de heftige depressie die daarop volgt.” In overleg besluit Samantha om EMDR uit te proberen. Marjolein heeft positieve ervaringen met de inzet van EMDR bij traumaverwerking. Na voorbereidende gesprekken volgt een eerste sessie. Stukje bij beetje keren de nare herinneringen terug, in concrete beelden, gedachten en gevoelens; waarna de ontlading volgt. Elke sessie schuift Samantha verder in het verleden. Niet gemakkelijk als Marjolein haar steeds vraagt om voor de geest te halen, wat het ergste is wat Samantha is bijgebleven van de traumatische gebeurtenis. 

Toch lucht het op. Samantha: “De herinnering veranderde. Dat komt door de trileieren, die ik in mijn handen moest houden. Die zorgen ervoor dat je hersenen nieuwe verbindingen kunnen maken. Als een plaat die uit zijn groef wordt gelicht. De emoties kwamen los en daarmee kwam ik ook meer los van de herinnering. Hoe het werkt, weten ze niet precies, maar dat het werkt weet ik nu wel. Ik weet nog goed dat Marjolein mij na afloop van een sessie vroeg een foto te maken in mijn hoofd, die ik vervolgens van mij weg moest zetten. Die foto staat nu heel ver mij af. De scherpste kantjes zijn er af. Ik heb weer ruimte, lucht.”

Dit ben ik

Peter is er nog steeds en met Peter redt Samantha het wel. Dat weet ze zeker. “En”, vraagt Marjolein, als de situatie weer stabiel is: “Hoe zie jezelf het liefst?” Daar twijfelt Samantha geen moment over: 

“Als de Samantha, die ik ben; zonder pillen.” 

En dus gaan ze aan de slag. Elke maand komt Samantha bij Marjolein. Niet meer met Willy, maar nu samen met Peter. Met hulp van de COMET-training werkt ze aan haar zelfvertrouwen. Samantha: “Ik ben een mens van extremen. Snel vrolijk en fladderend, snel van de kaart. De oefeningen van COMET helpen mij meer op mijzelf te vertrouwen. Dat ik er mag zijn, zoals ik ben. Dat dat prima is. Anderen kunnen dat wel zeggen en blijven zeggen, maar dat blijven dan woorden. Ik moet mijzelf eraan helpen herinneren. 

Beelden kunnen daarbij helpen. ‘Hoe voel je je beschermd? Wat geeft je een fijn gevoel?’, vroeg Marjolein. In het eerste beeld zit ik aan het strand, als klein meisje, mijn moeder dichtbij mij, in mijn buurt. Zachtjes laat ik het zand en de schelpjes door mijn vingers glijden. De golven van de zee kabbelen het strand op en kriebelen aan mijn tenen. Heel rustig. Mooi, maar een beetje gecompliceerd. Toen kwamen we op dat liedje van Axwell, ‘The sun is shining’ en dat draai ik dan een paar keer per dag, want zo is het. En ik ben er trots op.” 

Axwell - The sun is Shining